TROU BERNARD (MAILLEN)
Drie te gekke weken in den Bernard..
Wat voorafging
In juni 1993 vergroot Bibiche een klein maar geventileerd gaatje dat zich
net onder het begin van de Puits Franz bevindt. Van zodra het groot genoeg
is (t.t.z. een extreme étroiture) passeert hij en vindt een smal galerijtje
van een 3tal meter lang. Hij wil er mijn mening over kennen; in september
1993 nemen we er samen een kijkje. We stellen vast dat de tocht uit een
minuskuul spleetje in de linkerwand afkomstig is. Daar we amper 3 meter
onder de ingang van de grot zitten, concluderen we dat de tocht mogelijk
van buiten komt en dat grote werken vrij zinloos zijn. Bibiche noteert het
zaakje in één van zijn notaboekjes als zijnde "te herbekijken".
De
Number One??
Op vrijdag 25/11/94, nadat Bibiche de toegangsétroiture eerst nog wat
verbreed heeft, nemen we er met zijn drie? (Bibiche, Koen en ik) opnieuw
een kijkje. Met wierook stel ik vast dat de tocht niet van boven in de spleet
(dus richting uitgang) komt, maar vanonder. Dus toch interessant??. We besluiten
onmiddellijk tot de actie over te gaan. De Hilti en de nodige krachtige
middelen (Hilti-patronen) erbij gehaald, en na amper 2 uur knallen belanden
we in een zaaltje dat vervolgt in een grote (2m x 5m) galerij. Alles; de
wanden, de vloer, de blokken zijn gitzwart van de carbuurdampen ... première??
Neen want een tiental meter verder vinden we een stukje touw ... hier zijn
we niet eerst. Koen en Bibiche zijn overtuigd dat we in de Number One zitten.
We dalen verder af tot een put ons tegenhoudt. Het is al laat en we besluiten
er een punt achter te zetten. We dienen een half uur lang te zoeken om de
sleutelpassage terug te vinden waarlangs we zijn binnengekomen, ze is goed
verborgen achter een blok. Uitgelaten als kleine kinderen rijden we huiswaarts
(met een omweg via Café au Rocher uiteraard, waar Bibiche al dadelijk zijn
mond voorbijpraat).
De Number Two ??
Zondag 27/11/94 dalen we in extase de Number One af. We spitten de put
uit, dalen af en belanden in een zaaltje. Een nieuwe put presenteert zich;
hij begint zeer smal en er hangt een oud rood klimtouw in omlaag. "Goddomme
Koen, dat is hier even smal als in de 3 Pedales in de Number Two!" Terwijl
ik de put herequipeer, zoekt Koen wat rond en belandt in een serie dalende
putjes. Wanneer hij me dat nieuws meldt, komen we bijna gelijktijdig tot
inzicht: die putjes zijn de Puits des Fous, de put waaraan ik nu bezig ben
is inderdaad de 3 Pedales: 't is hier de Number Two! Ongelooflijk: vroeger
hebben we deze Réseau wel 5 keer gedaan... om nu pas de zaak te herkennen.
Intussen is Bibiche ook gearriveerd. "De Number Two, da's interessant",
merk ik op, "want beneden in de Puits des Fous daar is nog veel potentieel.
Vroeger reeds hebben we daar al wat geëxploreerd maar het was te ver om
er met zwaar materieel te geraken". Allen daarheen dus! De 4 putjes zijn
gauw afgedaald, ze vervolgen in een magnifieke rechtlijnige galerij van
een 50-tal meter lang, maar vaak smal. Ten einde wordt het een ondoordringbare
maar geventileerde meander. We zijn er zeker van dat deze galerij ons wegvoert
van de centrale as van de Bernard, we baseren ons hierbij op een kompasrichting
die we hebben genomen bovenaan de Puits des Fous. Een middag lang werken
we er met de Hilti in bangelijk nauwe en moeilijke omstandigheden en vorderen
aldus 5 meter in een smalle maar 4 meter hoge meander. Te vervolgen.
Gauw even naar de Rocher om te melden dat we niet in de Nr One maar wel
Nr Two zitten.. tot volgend weekend mannen!
Zondag 4/12/94: een mens mag zich ook al eens amuseren, en voor de lol
plannen we de eerste "traversee" van de Bernard. Rudi en ik vertrekken in
de Number Two. Onderweg halen we er alle oude touwen uit en plaatsen een
5tal nieuwe spits zodat nu alles perfekt wrijvingloos kan worden geëquipeerd.
De oude en vaak rotte spitplaten weerstaan niet aan enkele klappen met de
hamer...
In de meander SSN kruisen we het andere trio van de club, die langs de
klassieke kant zijn afgedaald. Al desequiperend klimt elke groep in "zijn"
kant omhoog. Na amper 4 uur staan we buiten.
De Number Three?
Vrijdag 9/12/94: Jaak en ik werken verder beneden in de meander van de
Puits des Fous. Technische problemen hinderen ons echter en we maken weinig
progressie. Finaal geven we er de brui aan en we zoeken Koen en Bibiche
op, die heel de dag een nauw gangetje hebben liggen verbreden. Een tiental
meter voor we hen bereiken, merkt Jaak een klein meandertje op en gooit
er een steentje in... het dendert eindeloos omlaag. Hoera, een put. Er zal
wel moeten verbreed worden, en onze Hilti is "plat" en we hebben niet de
juiste boor bij. Gauw naar de anderen. <<Komaan gasten, wij hebben een put
gevonden, geef jullie boormachien maar hier>>. Groot protest want ook zij
beweren "bijna een doorbraak te hebben". "Onze" put lijkt toch wel interessanter
en al gauw vangen we verbredingswerken aan. Geruime tijd later krijgen we
zicht op de zaak: onder de nauwe meander opent zich een klokvormige put.
Het is alweer avond geworden, we hebben toch geen touw bij, en we zetten
er een punt achter.
Zondag 11/12/94: in de vaste overtuiging een groot vervolg (zeg maar
de Number Three) te ontdekken, verbreden we (Annette, Jan, Rudi en ik) het
begin van de put. Verbreden is een groot woord, want de toegang tot de put
blijft een versmalling van formaat, de Bernard waardig. Eronder dalen we
een magnifiek gecorrodeerde put af, die in trappen omlaag voert om op zowat
-25m in een ondoordringbare spleet te eindigen. Jammer maar helaas... geen
Number Three dus.
Om de dag te besluiten zetten Rudi en ik nog een lading in de eindmeander
van de Puits des Fous. Intussen heeft Bibiche samen met twee vrienden (Joël
en Georges) de hele dag verder aan zijn gangetje gewerkt, waar hij echter
nog steeds niet doorheen is...
Een enorme put... de Number Four??
Vrijdag 16/12/94: Jaak en ik ruimen de resten van de werken beneden in
de Puits des Fous. Na een uurtje verbredingwerken kunnen we een 2tal meter
afdalen in de meander. De zaak verbreed... en we zijn weer vertrokken in
een mooie galerij. Na 5 meter wordt het lager en lager, we kruipen door
een actief gangetje en vrezen op een sifon te stranden. Maar nee, het wordt
weer hoger en we arriveren voor een uiterst smalle spleet. Jaak slaagt erin
ze te passeren; het is echt op de limiet (max 20 cm breed over 1 meter lengte).
Ik volg met moeite; de galerij wordt groter, onze stemmen echo? hol.. we
naderen een grote ruimte. Plots opent zich aan onze voeten een enorme put.
Wel 8 meter breed, onder ons is het 6 meter diep, boven ons torent de schacht
wel 20 m omhoog. Zelfs de anders steeds ijzig kalme Jaak wordt zowaar uitbundig.
In extase spurten we terug naar buiten om touw te halen, ons intussen de
meest uiteenlopende voorstellingen maken van het enorme vervolg dat ons
te wachten staat. Onderweg kruisen we eerst Koen en vervolgens Bibiche.
Een uur later staan we allen aan de rand van de put, gewapend met touw,
spits en een sterke halogeenlantaarn waarmee we de put uitlichten. Koen
zwenkt vakkundig de straal over en weer tot ze... op een hoopje carbuur
tot stilstand komt. CARBUUR??? Met afgrijzen bekijken we de zaak wat beter.
Bibiche komt in een flits tot besef: <<c'est le Grand Puits!>>. Terwijl
Koen en Bibiche van vreugde een indianendansje uitvoeren, zakken Jaak en
ik van teleurstelling op de grond ineen... Gelaten plaats ik twee spits
en daal de resterende 6 meter af tot op de ons zo welbekende bodem van de
Grand Puits.
Pas in Café au Rocher is de ontgoocheling wat verwerkt en scheppen we
allen vreugde in deze nieuwe verbinding.
Tot slot
Dazkzij deze recente ontdekkingen heeft de Bernard veel aan sportief
potentieel gewonnen. Ook wel wat verloren uiteraard, want de exploratie
van de Number Two was vroeger een pittige zaak... tot op de dag (een jaar
of 4 geleden) dat iemand totaal ongevraagd heeft besloten het spul van boven
tot onder vol vaste touwen te hangen. Toen was de lol er voor mij wel af.
Vanaf nu kunnen meerdere ploegen tegelijk in de grot zitten, zonder mekaar
teveel in de voeten te lopen. Een traversee Number Two-Klassieke Réseau
is nu mogelijk en wel via twee wegen die qua sportiviteit (lees moeilijkheid)
mekaar waard zijn: ofwel langs de Puits des 3 Pedales/Visionaire/Veuve Cliquot/Meander
SSN naar "la Cave", ofwel langs de Puits des Fous naar de Grand Puits. Dit
laatste circuit is niet te onderschatten want de meander beneden de Puits
des Fous is flink lastig, en vooral de étroiture (Etr. de l'Hesitation)
net voor de Grand Puits is extreem smal en zal 3/4 van de doorsnee speleos
het leven flink zuur maken (NB: Belgische speleo's: knal deze étroiture
niet open... de Bernard zonder étroitures zou verschrikkelijk zijn) .
Qua materiaal dient U alles te voorzien, want alle vaste touwen zijn
verwijderd. Via de eerste weg hebt U aan een C65 en een C15 genoeg om de
meander SSN te bereiken, langs de andere weg aan een C30 (puits des Fous)
en een C8 (Grand Puits).
Tot slot zal deze nieuwe toegang tot de Number Two ons toestaan om de
topo van de gehele grot op een wat gemakkelijkere manier te herdoen, wat
wel nodig is. U hoort er nog wel van.
Werkten mee: Rudi Bollaert, Georges Delaire, Paul De Bie, Jan Geboers,
Joël Hosselet, Jaak Joris, Philippe (Bibiche) Lacroix, Koen Mandonx, Annette
Van Houtte
Klik hier voor een topo
|